218

Maak je los van die menselijke voorzichtigheid die je zo behoedzaam en, neem me niet kwalijk dat ik het zeg, zo laf maakt.

Laten wij geen mensen zijn met een bekrompen visie. Geen onvolwassen, kortzichtige mannen of vrouwen, zonder bovennatuurlijke horizon…! Werken wij soms voor onszelf? Nee!

Laten wij dan ook met grote vrijmoedigheid zeggen: Jezus, wij werken voor U en… dan zult U ons de materiële hulpmiddelen toch niet onthouden? U weet heel goed hoe slecht wij ervoor staan; ik zou mij zo niet gedragen tegenover een schepsel dat mij dient…

Daarom hopen wij, zijn wij er zelfs van overtuigd, dat U ons alles zult geven wat wij nodig hebben om U te kunnen dienen.

Dit punt in een andere taal