530

Is het niet vreemd, dat veel christenen, die alles op hun gemak en zelfs met enige plechtigheid doen in het maatschappelijke leven (dan kennen zij geen haast), in hun weinig actieve beroepsleven, aan tafel en bij hun ontspanning (dan hebben ze al evenmin haast), opeens gehaast worden en er bij de priester op aandringen alles zo snel mogelijk te doen, in hun verlangen om op de tijd die bestemd is voor het heilig Misoffer nog te beknibbelen?

Dit punt in een andere taal