128

De weg van de christen

Wat is het onderricht van Christus makkelijk te begrijpen. Nemen we —zoals gewoonlijk— een stuk uit het Nieuwe Testament; in dit geval het elfde hoofdstuk van de heilige Matteüs: leer van Mij: Ik ben zachtmoedig en nederig van hart (Mat 11, 29). Vat u het? Van Hem, van Jezus, ons enige voorbeeld moeten we leren. Als u vooruit wilt zonder struikelen of afdwalen, hoeft u alleen maar te gaan waar hij ging, uw zolen op de afdruk van zijn voeten te zetten, door te dringen in zijn nederig en geduldig hart, te drinken aan de bron van zijn geboden en genegenheid. Kortom, vereenzelvig u met Christus, zorg dat u uzelf werkelijk in een andere Christus verandert tussen uw broers en zussen, de mensen.

Opdat niemand zich moge vergissen, lezen we nog een andere plaats bij de heilige Matteüs. In hoofdstuk zestien verduidelijkt de Heer nog een keer zijn leer: Wie mijn volgeling wil zijn, moet mij volgen door zichzelf te verloochenen en zijn kruis op te nemen (Mat 16, 24). De weg van God is de weg van afzien, versterving, overgave, maar niet van verdriet of lafheid.

Kijk nog eens naar het voorbeeld van Christus, vanaf de kribbe van Betlehem tot aan de troon van Calvarië. Denk aan zijn opoffering, zijn ontberingen: honger, dorst, vermoeidheid, hitte, slaap, mishandeling, wanbegrip, tranen… (vgl. Mat 4, 1­11; Mat 8, 20; Mat 8, 24; Mat 12, 1; Mat 21, 18­19; Luc 2, 6­7; Luc 4, 16­30; Luc 11, 53­54; Joh 4, 6;) en zijn vreugde om de hele mensheid te redden. Ik zou graag hebben dat u nu diep in uw ziel en in uw hart grift —opdat u er heel vaak aan zult denken en er ook praktische consequenties aan zult verbinden— wat de heilige Paulus samenvat in zijn oproep aan de Efeziërs om zonder aarzelen het voetspoor van de Heer te volgen: Weest navolgers van God, zoals geliefde kinderen past. Leidt een leven van liefde naar het voorbeeld van Christus, die ons heeft bemind en zich voor ons heeft overgeleverd als offergave en slachtoffer met een allerzoetste geur (Ef 5, 1­2).

Dit punt in een andere taal