80

We bespreken hier in sneltreinvaart een paar natuurlijke deugden. Ik weet, dat er in uw gebed tot de Heer veel meer zijn bovengekomen. Ik zou nu een paar ogenblikken willen stilstaan bij een geweldige eigenschap: grootmoedigheid.

Grootmoedigheid, groot van gemoed, van geest, een ziel die open staat, met plaats voor velen. De kracht waardoor we uit onszelf kunnen treden, waardoor we iets waardevols kunnen doen, voor het welzijn van allen. In grootmoedigheid is geen spoor van enghartigheid; nog minder van krenterigheid, egoïstische berekening of zelfzuchtig geharrewar. Grootmoedigheid wijdt zonder terughoudendheid haar krachten aan wat de moeite waard is. Daardoor is ze in staat zichzelf te onderwerpen. Grootmoedigheid is niet zomaar geven: het is 'zich geven'. En zo begrijpt de mens dat het beste bewijs van grootmoedigheid is zichzelf aan God geven.

Dit punt in een andere taal