Lijst van punten

Er zijn 5 punten in «Vrienden van God» waarvan het onderwerp is Roeping, christelijke  → de deugden beoefenen.

Rechtschapen optreden

Als wij niet op elk moment het evangelie als leidraad nemen voor ons huidige leven, komt dat omdat we er niet genoeg over nadenken. Velen van u zijn nog jong. Anderen al wat ouder. U wilt allemaal, wij willen allemaal —anders waren we niet hier— goede resultaten bewerkstelligen. Wij proberen in ons gedrag een geest van offerbereidheid te leggen en het verlangen te woekeren met het talent dat de Heer ons heeft toevertrouwd, omdat we een goddelijke ijver voor de zielen ervaren. Maar het zou niet de eerste keer zijn, dat iemand van u, ondanks zoveel goede wil, in die val zou trappen —ex pharisaeis et herodianis (Mar 12, 13)— gezet door mensen die als christen op de een of andere wijze rechten van God moeten verdedigen, maar juist een bondgenootschap aangaan met en opgaan in de krachten van het kwaad en listig andere broeders en zusters in het geloof, andere dienaren van dezelfde Verlosser belagen.

Wees verstandig en ga altijd met eenvoud —de deugd die zo goed past bij een echt kind van God— te werk. Wees natuurlijk in wat u zegt en wat u doet. Dring volledig door in de problemen; we mogen ons niet met de buitenkant tevreden stellen. Denk eraan dat u tevoren al rekening moet houden met het ongenoegen van anderen en van uzelf als we onze taak als christen werkelijk heilig en oprecht willen vervullen.

Rechtvaardigheid en liefde tot vrijheid en waarheid

Vanaf mijn jeugd —zoals de Heilige Schrift het uitdrukt (vgl. Mat 11, 15): sinds ik oren had om te horen— hoorde ik spreken over het 'sociale vraagstuk'. Denk niet dat dit bijzonder is, want het is een oud onderwerp, een thema van alle tijden. Misschien is het probleem opgekomen op hetzelfde moment waarop mensen zich op de een of andere manier zijn gaan organiseren en waarop de verschillen in leeftijd, intelligentie, arbeidsgeschiktheid, belangstelling, persoonlijkheid zichtbaarder werden.

Ik weet niet of de sociale klassen een noodzakelijk kwaad zijn. Het is in elk geval niet mijn vak over deze dingen te praten en het minst van al hier, in deze kapel, waar wij bijeengekomen zijn om over God te spreken —ik zou in mijn leven het liefst nooit een ander thema aansnijden— en om met God te praten.

Denk wat u denken wilt in alle kwesties die de Voorzienigheid aan de vrije en legitieme discussie van de mensen heeft overgelaten. Maar op mij als priester van Christus rust de verplichting daar bovenuit te stijgen en u eraan te herinneren dat wij, hoe dan ook, nooit kunnen verzuimen rechtvaardigheid te bedrijven, en met heldenmoed, als dat nodig is.

Wij hebben de plicht de persoonlijke vrijheid van iedereen te verdedigen in de wetenschap dat het Christus is die deze vrijheid voor ons verkregen heeft (vgl. Gal 5, 1). Als wij niet zo optreden, met welk recht zouden wij dan een beroep mogen doen op onze eigen vrijheid? Ook de waarheid moeten wij verdedigen, want veritas liberabit vos (Joh 8, 32), de waarheid bevrijdt, terwijl onwetendheid leidt tot slavernij. Voor alle mensen moeten wij het recht verdedigen op leven, op het bezitten van het noodzakelijke om een waardig bestaan te leiden, het recht op werken en uitrusten, het recht een levensstaat te kiezen, een gezin te vormen, binnen het huwelijk kinderen ter wereld te brengen en op te voeden, het recht ziekte en ouderdom in rust door te brengen, het recht deel te nemen aan het culturele leven, het recht zich met medeburgers te verenigen om rechtmatige doelen te verwezenlijken en op de allereerste plaats het recht om in volle vrijheid God te kennen en lief te hebben, want het —rechtschapen— geweten ontdekt de sporen van de Schepper in alles.

Juist daarom is het van belang te herhalen —ik begeef me hier niet op het terrein van de politiek, maar ik voeg me naar de leer van de Kerk— dat het marxisme onverenigbaar is met het geloof in Christus. Bestaat er iets dat meer tegenstrijdig is met het geloof dan een systeem dat alles baseert op het uit de ziel verwijderen van de beminnende aanwezigheid van God? Roep het met luide stem, zodat uw stem duidelijk gehoord wordt: om gerechtigheid te bedrijven hebben wij het marxisme op geen enkele wijze nodig. Integendeel, deze grove dwaling werpt, door louter materialistische oplossingen voor te stellen, belemmeringen op voor het bereiken van het geluk en de ontspanning tussen de mensen. Binnen het christendom vinden wij het goede licht dat altijd een antwoord geeft op alle problemen: wij hoeven alleen maar oprecht te proberen katholiek te zijn, non verbo neque lingua, sed opere et veritate (1 Joh 3, 18), niet met woorden en leuzen, maar met werk en waarheid. Zeg het elke keer als de gelegenheid zich voordoet —zoek de gelegenheid als het nodig is— zonder terughoudendheid, zonder vrees.

Nu alweer heel wat jaren geleden heb ik vanuit een overtuiging die van dag tot dag groeide, geschreven: “Verwacht alles van Jezus: je hebt niets, je bent niets, je kunt niets. — Hij zal handelen als jij je helemaal aan Hem overgeeft” (De Weg, 731). De tijd is verstreken en mijn overtuiging is sterker geworden, dieper. In veel levens heb ik gezien, dat de hoop op God wonderbaarlijke vreugdevuren van liefde doet ontbranden, met een gloed die het kloppen van het hart opstuwt, zonder ontmoediging, zonder neerslachtigheid, hoewel er onderweg geleden wordt, soms echt geleden wordt.

Het lezen van de tekst van het epistel van de Mis heeft me geroerd en ik stel me zo voor dat het u niet anders is vergaan. Ik begreep dat de Heer ons zal helpen en wel door de woorden van de Apostel, bij het overwegen van het goddelijk raamwerk der drie theologale deugden, die het weefraam vormen waarop het authentieke bestaan van een christelijke man, christelijke vrouw vervaardigd wordt.

Luister opnieuw naar Sint Paulus: Gerechtvaardigd door het geloof leven wij in vrede met God door Jezus Christus onze Heer. Hij is het die ons door het geloof de toegang heeft ontsloten tot die genade waarin wij staan; door Hem ook mogen wij ons beroemen op onze hoop op de heerlijkheid Gods. Meer nog, wij zijn zelfs trots op onze beproevingen, in het besef dat verdrukking leidt tot volharding, volharding tot beproefde deugd en deze weer tot hoop. En de hoop wordt niet teleurgesteld, want Gods liefde is in ons hart uitgestort door de Heilige Geest die ons werd geschonken (Rom 5, 1­5).

God wordt het vergeven nooit moe

De Heilige Schrift merkt op, dat ook de rechtvaardige zevenmaal valt (Spr 24, 16). Elke keer na het lezen van die woorden huivert mijn ziel met een heftige schok van liefde en van smart. Nogmaals komt de Heer ons tegemoet, met dit goddelijk vermaan, om ons te spreken over zijn barmhartigheid, zijn tederheid, zijn goedertierenheid, die geen einde kennen. Wees ervan overtuigd: God wil onze ellende niet, maar hij kent die wel en hij rekent juist op onze zwakheden om van ons heiligen te maken.

Een schok van liefde, zei ik zojuist. Kijk ik naar mijn leven, kijk ik eerlijk, dan zie ik dat ik niets ben, niets waard ben, niets heb, niets kan; sterker, ik ben het niets! Hij echter is het al en, tegelijkertijd, is Hij van mij, en ik ben de zijne omdat Hij mij niet afwijst, omdat Hij zich voor mij overgeleverd heeft. Hebt u ooit een grotere liefde mogen zien?

En een schok van smart, want ik overzie mijn gedrag en schrik van de opeenhoping van mijn nalatigheden. Het is voldoende de uren van deze dag, sinds ik opgestaan ben, te onderzoeken om zoveel gebrek aan liefde en aan trouwe beantwoording te ontdekken. Dit gedrag van mij doet me werkelijk verdriet, maar het berooft me niet van de vrede. Ik werp me voor God op de knieën en zet mijn situatie duidelijk uiteen. Onmiddellijk krijg ik de zekerheid van zijn hulp. En in het diepst van mijn hart hoor ik Hem langzaam herhalen: meus es tu (Jes 43, 1); Ik wist —Ik weet— hoe het met je gesteld is; vooruit, verder!

Op een andere manier kan het niet. Als we voortdurend onze toevlucht nemen tot het ons in aanwezigheid van de Heer brengen, zal ons vertrouwen toenemen bij het vaststellen dat zijn Liefde en zijn roepstem aktueel blijven: God wordt het nooit moe ons te beminnen. De hoop laat ons zien, dat wij, zonder Hem, er niet in slagen zelfs de kleinste plicht te vervullen. Met Hem daarentegen, met zijn genade, helen onze wonden; worden wij weer bekleed met zijn kracht om alle aanvallen van de vijand te weerstaan, en zullen wij ons beteren. Kortom: de wetenschap dat wij slechts aarden kruiken zijn, dient vooral tot het versterken van onze hoop op Jezus Christus.

Verwijzingen naar de H. Schrift
Verwijzingen naar de H. Schrift
Verwijzingen naar de H. Schrift
Verwijzingen naar de H. Schrift