Lijst van punten

Er zijn 12 punten in «De Weg» waarvan het onderwerp is Kritische geest .

Zwijg. - Wees niet zo kinderachtig, de karikatuur van een kind: wees geen klikspaan, onrustzaaier, kletser. - Met je verhalen en je geroddel heb je de onderlinge liefde laten verkoelen, het ergste wat je kon doen. Als je dan met je boze tong de sterke muren van de volharding van anderen op hun grondvesten hebt doen trillen, is jouw volharding geen genade van God meer, omdat ze het verraderlijke instrument van de vijand is geworden.

Waarom leg je in je kritiek op anderen de bitterheid van je eigen mislukkingen?

Die kritische geest van je, ik geef toe dat het geen kwaadsprekerij is, moet je niet gebruiken in je apostolaat, en ook niet in de omgang met je broeders. - Vergeef me dat ik het zeg, maar die geest is toch een grote belemmering voor jullie bovennatuurlijke werk. Want terwijl je ongevraagd het werk van anderen beoordeelt - ook al is het met de beste bedoelingen - ben je zelf met niets positiefs bezig, en belemmer je de vooruitgang van de anderen met je eigen voorbeeld van niets doen.

Je vraagt me ongerust: “Wat moet ik dan doen met die kritische geest, die zo tot het wezen van mijn karakter behoort…?”

Ik zal je geruststellen: neem pen en papier, en schrijf eenvoudig en openhartig - en vooral kort! - op, wat je dwars zit. Stel het je meerdere ter hand, en denk er verder niet meer aan. Hij die de leiding heeft, én de genade van staat, zal de aantekening bewaren… of in de prullenmand gooien. - Jou is dat om het even, daar jouw kritische geest door zuivere bedoelingen geïnspireerd wordt en geen kwaadsprekerij is.

Werk. - Wanneer je beroepswerk je helemaal in beslag neemt, zal je zieleleven erop vooruitgaan: en je zult mannelijker worden, want dan zul je die jou verterende “zucht om op anderen te vitten” opgeven.

Veroorloof je geen enkele slechte gedachte over iemand, ook al geven woorden of daden van de betrokkene aanleiding om redelijkerwijs zo te oordelen.

Lever geen negatieve kritiek. Als je niets lovends kunt zeggen, houd dan je mond.

Spreek nooit kwaad van je broeder, zelfs niet als je er alle redenen voor hebt. - Ga eerst naar het tabernakel en ga daarna naar de priester, je vader, en stort ook bij hem je hart uit. - En bij niemand anders.

Roddelen is als schurft, wat het apostolaat bezoedelt en belemmert. - Het is in strijd met de naastenliefde, verbruikt energie, verstoort de vrede en doet de eenheid met God verliezen.

Als je zelf zo vol fouten zit, hoe kun je je dan verwonderen dat de anderen fouten hebben?

Nadat ik gezien heb, waaraan zo veel mensen hun leven verspillen (praten, praten en nog eens praten, met alle gevolgen van dien), lijkt me het zwijgen nog noodzakelijker en aantrekkelijker. - En ik begrijp heel goed, Heer, dat U verantwoording vraagt over ieder overbodig woord.

Het is gemakkelijker gezegd dan gedaan. - Jij met je scherpe tong - als een kapmes -, heb jij wel eens ooit geprobeerd, misschien toevalligerwijze, “goed” te doen wat anderen, volgens jouw “gezaghebbende” mening, minder goed doen?

Dat noemt men: roddelen, kwaadspreken, kletspraat, intrige, achterklap, verhaaltjes, bedreiging… of laster? Gemeenheid?

- Het is moeilijk te voorkomen, dat “beoordelingen” door iemand die daarmee niet belast is, uitdraaien op “oudewijvenpraat”.

Verwijzingen naar de H. Schrift