Lijst van punten

Er zijn 2 punten in «Christus komt langs » waarvan het onderwerp is Broederlijkheid → eenheid.

Vrede en vreugde zaaien

Wat kunnen we doen? Ik zei al dat ik geen sociale of politieke crisis, noch een verziekte cultuur aan de orde wil stellen. Vanuit het christelijk geloof heb ik het over het kwaad in de betekenis van een belediging van God. Christelijk apostolaat is geen politiek programma of een cultureel alternatief: het betekent de verbreiding van het goede, het wordt gedragen door het verlangen om lief te hebben, het wil vrede en vreugde verbreiden. Dat apostolaat zal ongetwijfeld een geestelijke verademing voor iedereen zijn: meer rechtvaardigheid, meer begrip, meer respect voor elkaar.

We mogen geen hindernis zijn voor de mensen op hun weg naar het eeuwig geluk. We zijn verplicht voor honderd procent christen te zijn, heilig te worden, God niet teleur te stellen, noch al die mensen die van ons een voorbeeld en onderricht verwachten.

De basis voor ons apostolaat moet het begrip zijn. Ik benadruk nog eens dat naastenliefde meer een kwestie van begrijpen dan van geven is. Ik maak er geen geheim van dat ik uit eigen ondervinding heb moeten leren hoe hard het is als je niet begrepen wordt. Ik heb altijd geprobeerd dat men mij zou verstaan, maar er zijn mensen die mij met opzet verkeerd begrepen. Ook dát is voor mij een praktische en veelzeggende reden om ernaar te streven iedereen te begrijpen. Maar we krijgen geen ruim, universeel, katholiek hart door een spontane impuls. De geest van begrip is een uiting van de christelijke naastenliefde van een goed kind van God. De Heer wil immers dat wij aanwezig zijn op alle wegen van de aarde om het zaad van de broederlijkheid — niet van het onkruid — om ons heen te strooien, het zaad van de verontschuldiging, van de vergiffenis, van de naastenliefde, van de vrede. Voel je nooit iemands vijand.

Een christen moet laten zien dat hij altijd bereid is om met iedereen om te gaan, en dat hij door dit contact iedereen de mogelijkheid wil geven dichter bij Christus te komen. Hij moet zich van harte opofferen voor iedereen, zonder onderscheid te maken, zonder de zielen in hokjes in te delen of hen etiketten op te plakken, alsof ze handelswaar zijn of geprepareerde insecten. Een christen mag zich niet van anderen afzonderen, want hij zou dan een betreurenswaardig en egoïstisch leven leiden: hij moet alles voor allen worden, om allen te redden (1 Kor 9, 22).

Wat zou het mooi zijn als wij zo zouden leven, als wij ons zouden voornemen ons gedrag te doordrenken met dit zaaien van edelmoedigheid, met dit verlangen om in vrede met elkaar te leven! Dan zou de legitieme persoonlijke vrijheid van de mensen kunnen gedijen, dan zou iedereen de verantwoordelijkheid voor alles wat onder zijn competentie valt op zich nemen. De christen zou in de eerste plaats de vrijheid van anderen weten te verdedigen en dat vervolgens met zijn eigen vrijheid doen. Dan zou hij de anderen uit naastenliefde nemen zoals ze zijn, want iedereen, zonder uitzondering, heeft zijn zwakheden en fouten. Hij zou hen met de genade van God en met menselijke fijngevoeligheid helpen om het kwaad te overwinnen, het onkruid uit te trekken, zodat allen elkaar kunnen steunen en het mens-zijn en christen-zijn waardig kunnen beleven.

Het brood en de oogst: gemeenschap met alle mensen

Jezus, zei ik jullie aan het begin, is de zaaier. En door de christenen zet Hij zijn goddelijk zaaien voort. Hij drukt het zaad in zijn gewonde handen, doordrenkt het met zijn bloed, reinigt het, zuivert het en strooit het uit in de voren die de wereld symboliseren. Hij strooit de korrels één voor één uit, opdat iedere christen in zijn eigen omgeving getuigenis geeft van de vruchtbaarheid van de dood en de verrijzenis van de Heer.

In de handen van Christus moeten we ons door zijn verlossend bloed laten doordrenken, ons in het rond laten strooien en het leven aanvaarden zoals God het voor ons wil. We moeten ervan overtuigd zijn dat het zaad in de aarde moet vallen en moet sterven als het vrucht wil dragen (zie Joh 12, 24] Daarna schiet de halm op en komt de aar tevoorschijn. De aar wordt brood dat door God zal worden omgezet in het Lichaam van Christus. Zo verenigen wij ons opnieuw met Jezus die de zaaier is. Omdat het brood één is, vormen wij allen samen één lichaam, want allen hebben wij deel aan het ene brood (1 Kor 10, 17).

Laten we nooit uit het oog verliezen dat er geen vruchten zijn als er niet eerst gezaaid wordt. Als we willen dat de mensen Christus leren kennen en, als ze Hem eenmaal kennen, naar Hem gaan hongeren, dan moeten we het woord van God edelmoedig uitstrooien. Dit feest van Sacramentsdag, Corpus Christi, het Lichaam van Christus, het Brood des levens, is een welkome aanleiding om te mediteren over de honger naar waarheid, naar gerechtigheid, eenheid en vrede die we bij de mensen kunnen zien. Wat de honger naar vrede betreft kunnen we met de heilige Paulus zeggen: Christus is onze vrede, pax nostra (Ef 2, 14). Het verlangen naar waarheid moet ons eraan herinneren dat Jezus de weg, de waarheid en het leven is (Joh 14, 6). De mensen die naar de eenheid verlangen moeten wij naar Christus leiden die ons vraagt om consummati in unum, volmaakt één te zijn (Joh 17, 23] De honger naar gerechtigheid moet ons naar de bron van de eendracht onder de mensen brengen: naar het goddelijk kindschap waardoor we broeders en zusters zijn van elkaar.

Vrede, waarheid, eenheid, gerechtigheid. Wat moeilijk lijkt het soms om de hindernissen te overwinnen die de saamhorigheid tussen de mensen in de weg staan! En toch zijn wij christenen geroepen om dat grote wonder van de broederlijkheid waar te maken: om met Gods genade te bereiken dat de mensen elkaar christelijk behandelen, elkanders lasten dragend, (Gal 6, 2) door het gebod van de liefde te beleven dat de band van de volmaaktheid is en de samenvatting van de wet (zie Kol 3, 14; Rom 13, 10).