166

De liefde van Christus naar anderen brengen

God zegt niet: in plaats van een hart geef Ik je een wil als die van een zuivere geest. Nee, Hij geeft ons een hart, een hart van vlees, zoals dat van Christus. Ik heb niet een hart om God lief te hebben en een ander om de mensen lief te hebben. Met hetzelfde hart waarmee ik van mijn ouders heb gehouden en waarmee ik van mijn vrienden houd, met datzelfde hart houd ik van Christus, van God de Vader, van de heilige Geest en van de Maagd Maria. We kunnen er niet vaak genoeg bij stilstaan dat wij heel menselijk moeten zijn, anders kunnen we niet goddelijk zijn.

Als onze menselijke liefde, onze liefde hier op aarde, echt is dan helpt dat ons iets van de goddelijke liefde te proeven en enig idee te hebben van de liefde waarmee we van God zullen genieten en die er in de hemel onder ons zal heersen, wanneer Onze Lieve Heer alles in allen (I Kor 15, 28) zal zijn. En als we eenmaal beginnen te begrijpen wat de goddelijke liefde is, zal dat een stimulans voor ons zijn om meer begrip te hebben, edelmoediger te zijn, en ons meer te geven.

We moeten geven wat we hebben ontvangen, anderen leren wat we zelf hebben geleerd, anderen zonder hoogmoed en in alle eenvoud laten delen in de kennis van de liefde van Christus. Van jullie werk, van jullie beroep, kunnen en moeten jullie een dienst maken. Werk dat goed gedaan wordt, waar vooruitgang in zit en dat ook bijdraagt aan de vooruitgang, dat gebruik maakt van de ontwikkelingen in de cultuur en de techniek, heeft een belangrijke functie en komt de hele mensheid ten goede, mits we het doen uit edelmoedigheid en niet uit egoïsme, uit liefde voor allen en niet in ons eigen voordeel. Kortom: als we het doen vanuit de christelijke levensvisie.

Als je zo werkt kun je in je contacten de liefde van Christus tastbaar maken door vriendschap, begrip, vrede en menselijke warmte. Net zoals Christus weldoende rondgingHand 10, 38) over alle wegen van Palestina, moeten ook jullie over alle menselijke wegen gaan en — in het gezin, in de maatschappij, in je beroep, in de cultuur en in je vrije tijd — overvloedig vrede zaaien. Dat zal het beste bewijs zijn dat het Rijk van God in je hart is. Wij zijn overgegaan van de dood naar het leven, schrijft de heilige apostel Johannes, omdat wij onze broeders liefhebben (1 Joh 3, 14).

Maar iemand kan alleen met deze liefde in het leven staan als hij in de school van het hart van Jezus wordt gevormd. Alleen als wij naar het hart van Jezus kijken en erover mediteren, zal het lukken om ons eigen hart te bevrijden van haat en onverschilligheid. Alleen dan kunnen we christelijk reageren op het lijden van anderen, op hun verdriet.

Denk aan de scène die de heilige Lucas ons vertelt, toen Jezus in de omgeving van de stad Naïn kwam (zie Lc 7, 11-17). Hij ziet het verdriet van de mensen die Hij daar tegenkomt. Hij had hen voorbij kunnen gaan of kunnen afwachten of ze Hem een verzoek zouden doen. Maar Hij loopt niet door en neemt ook geen afwachtende houding aan. Hij neemt het initiatief, bewogen door het verdriet van een weduwe die het enige wat ze nog had, verloren had: haar zoon.

De evangelist vertelt dat Jezus medelijden kreeg. Misschien was zijn ontroering ook zichtbaar, zoals bij de dood van Lazarus. Hij was en is niet ongevoelig voor het lijden uit liefde, en Hij vindt het erg dat ouders van hun kinderen gescheiden worden. Hij overwint de dood om leven te geven, zodat degenen die van elkaar houden bij elkaar kunnen zijn. Maar Hij eist in de eerste plaats en tegelijkertijd dat de liefde voor God, die vorm moet geven aan een echt christelijk leven, voorrang krijgt.

Christus weet dat er een grote menigte om Hem heen staat en dat die stomverbaasd door het wonder overal zal rondvertellen wat er gebeurd is. Maar Hij maakt geen ophef over wat hij gaat doen. Hij is buitengewoon getroffen door het leed van deze vrouw en wil niet anders dan haar troosten. Hij gaat naar haar toe en zegt: Huil maar niet (Lc 7, 13). Alsof Hij haar wil zei: Ik wil je niet in tranen zien, want Ik ben vreugde en vrede op aarde komen brengen. En dan gebeurt het wonder, de manifestatie van de macht van Jezus, die God is. Maar voordat Hij dit deed was Hij in zijn ziel geraakt, wat een duidelijk teken is van de zachtmoedigheid van het Hart van de mens Jezus Christus.

Dit punt in een andere taal