172

Het mysterie van het stille offer

Maar bedenk het volgende: ook al heeft God zijn moeder hoog willen verheffen, hier op aarde is haar de ervaring van het lijden, het vermoeiende van het werk en ook het moeilijke van het geloof niet bespaard gebleven. Aan de vrouw uit het volk die op een dag in lofprijzingen uitbarst en roept: Gelukkig de schoot die U gedragen heeft en de borsten die U hebben gevoed, geeft de Heer als antwoord: Veeleer gelukkig die naar het woord van God luisteren en het onderhouden (Lc 11, 27-28). Dat was een lofprijzing van zijn Moeder, van haar oprechte, toegewijde en tot de uiterste consequentie beleefde fiat, (Lc 1, 38) het geschiede, dat niet tot uiting kwam in iets spectaculairs, maar in het verborgen en stille offer van iedere dag.

Door die woorden te overwegen kunnen we de logica van God iets beter begrijpen. Het wordt ons duidelijk dat de bovennatuurlijke waarde van ons leven niet afhangt van grote daden, zoals we dat in onze fantasie weleens denken, maar van het trouw aanvaarden van de goddelijke wil, van het edelmoedig bereid zijn tot het vaak kleine offer van iedere dag.

Om goddelijk te zijn, om te vergoddelijken, moeten we om te beginnen heel menselijk zijn, moeten we in ons gewone doen en laten met de blik op God gericht leven en de schijnbaar kleine dingen heiligen. Zo heeft Maria geleefd. Zij die vol genade is, die het voorwerp van het welbehagen van God is en boven de engelen en de heiligen staat, heeft een normaal leven geleid. Zij is een schepsel zoals wij, met een hart zoals dat van ons, zij kan genieten en blij zijn, lijden en huilen. Voordat de engel Gabriël haar de wil van God bekendmaakt, weet ze niet dat ze van alle eeuwigheid was uitverkoren om de moeder van de Messias te worden. Ze ziet zichzelf als heel gering; (zie Lc 1, 48) daarom zegt zij later met grote nederigheid dat Die machtig is aan mij zijn wonderwerken deed (Lc 1, 49).

De zuiverheid, nederigheid en edelmoedigheid van Maria staan in contrast met onze ellende en ons egoïsme. Waarom zouden we dit alles overdenken, als het niet is om haar na te volgen? We zijn schepselen van God, net als zij, en als we ons best maar doen om trouw te zijn doet de Heer óók grote dingen in ons. Onze geringheid is dan geen belemmering, want God kiest wat weinig waarde heeft om de macht van zijn liefde meer te laten schitteren (zie 1 Kor 1, 27-29).

Dit punt in een andere taal