26

Vergeet niet dat het soms onmogelijk is om woordenwisselingen uit de weg te gaan, maar maak nooit ruzie in het bijzijn van de kinderen. Ze zullen eronder lijden, partij kiezen en misschien onbewust de onenigheid nog groter maken. Toch zijn woordenwisselingen, zolang ze niet te vaak voorkomen, ook een uiting van liefde en bijna een noodzaak. De aanleiding, niet de reden, is dikwijls dat de man doodmoe van zijn werk komt. Of het is de vermoeidheid van de vrouw — hopelijk niet een soort verveling — die heeft moeten tobben met de kinderen, met het huishouden, of met haar karakter dat misschien niet zo sterk is; hoewel jullie, vrouwen, als jullie willen, sterker zijn dan de man.

Vergeet ook niet dat de hoogmoed de gevaarlijkste vijand van je huwelijksleven is: bij gekibbel heeft geen van beiden gelijk. Degene die het rustigst blijft moet dan maar iets zeggen om de ander te helpen een wrevelige reactie in te houden. En vecht het later maar uit, als je met zijn tweeën bent, want jullie zullen je wel weer onmiddellijk met elkaar verzoenen.

Jullie, vrouwen, zouden je moeten afvragen of je je uiterlijk misschien wat bent gaan verwaarlozen. Denk aan de uitdrukking dat een verzorgde vrouw haar man weghoudt van vreemde deuren. De plicht om er even leuk uit te zien als vóór je huwelijk verjaart nooit. Het is een plicht van rechtvaardigheid, want je bent van je man. En hij moet op zijn beurt niet vergeten dat hij van jou is en dat hij de plicht heeft om zijn hele leven even aardig te zijn als toen hij je pas leerde kennen. Het is een slecht teken als je, nu je dit leest, ironisch glimlacht; je zou daarmee bewijzen dat je liefde is veranderd in koele onverschilligheid.

Dit punt in een andere taal