Jezus sterft aan het kruis

Voor Jezus van Nazaret, de Koning der Joden, staat de troon der overwinning gereed. Jij en ik zien Hem niet ineenkrimpen wanneer Hij wordt vastgespijkerd: alles lijdend wat een mens maar lijden kan, spreidt Hij zijn armen uit in de houding van de Eeuwige Hogepriester.

De soldaten nemen zijn heilige kleren en delen die in vieren. - Om zijn bovenkleed niet te scheuren, loten zij om te zien wie het zal krijgen. - Aldus gaat de Schrift nogmaals in vervulling, die zegt: Zij verdeelden mijn kleren onder elkaar en dobbelden om mijn gewaad (Joh. 19, 23-24).

Hij is reeds omhoog geheven… - En dicht bij haar Zoon, aan de voet van het Kruis, staat de heilige Maria… met Maria, de vrouw van Klopas, en Maria Magdalena. Ook Johannes, de leerling die Hij liefhad. Ecce mater tua! - Zie daar je Moeder! Zijn eigen Moeder geeft Hij ons tot Moeder.

Eerder gaven ze Hem met alsem gemengde wijn te drinken; Hij proefde ervan maar wilde niet echt drinken (Mt. 27, 34).

Nú dorst Hij… naar liefde, naar zielen.

Consummatum est. - Alles is volbracht (Joh. 19, 30).

Dom kind, kijk: dit alles…, dit alles heeft Hij geleden voor jou… en voor mij. - Huil je niet?

Dit punt in een andere taal