24

Het leven kiezen

We hebben geleerd, en daar zijn wij dankbaar voor, omdat we ons bewust zijn van het geluk waartoe wij geroepen zijn, dat alle schepsels door God en voor God uit het niets te voorschijn zijn gebracht. Redelijke wezens, mensen, hoewel wij zo vaak tot redeloosheid vervallen; en redeloze schepsels die over de aardbol krioelen, in de schoot van moeder aarde verblijven, het hemelblauw doorklieven en soms opvliegen tot ze oog in oog met de zon zijn. Midden in die wonderbare verscheidenheid echter verenigen alleen wij, mensen —ik laat hier de engelen buiten beschouwing— ons met de Schepper door het gebruik van onze vrijheid: wij kunnen al dan niet aan de Heer de eer brengen die Hem als Schepper van al wat bestaat, toekomt.

Die mogelijkheid vormt het clair-obscur van de menselijke vrijheid. Omdat de Heer ons met de allergrootste tederheid liefheeft, vraagt Hij ons, dwingt Hij ons te kiezen wat goed is. Ik houd u vandaag het leven en het geluk voor. Als gij luistert naar de geboden van Jahwe uw God, die ik u heden geef, als gij Jahwe uw God bemint, zijn wegen gaat en zijn geboden, voorschriften en bepalingen nakomt, dan zult gij leven… Kies dan het leven, dan zult gij… het leven bezitten (Deut 30, 15-16 en 19).

Vraagt u zich wel eens af —samen met mij, ik doe immers hetzelfde onderzoek— of u onwrikbaar en standvastig trouw bent aan de keuze van uw levensweg? Of u, als u de zeer lieflijke stem van God u tot heiligheid hoort aansporen, in vrijheid antwoordt: <ja>? Laten we onze blik opnieuw richten op de Jezus die in Palestina in stad en land tot de menigten sprak. Hij probeert niet zich op te dringen. Wilt ge volmaakt zijn (Mat 19, 21)…, zegt hij tot de rijke jongeling. Die laatste wees het voorstel af en het evangelie zegt ons —abiit tristis— dat hij bedroefd heenging (Mat 19, 22). Daarom heb ik die rijke jongeling die de vreugde verloor omdat hij weigerde zijn vrijheid te geven, wel eens de bijnaam 'avis tristis', droeve vogel, gegeven.

Dit punt in een andere taal