Lijst van punten

Er zijn 2 punten in «Vrienden van God» waarvan het onderwerp is Jeugd.

Maar, zult u me vragen, als we alles hebben wat ons hart begeert, zullen we dan niet ophouden met streven? Zal de vrijheid dan niet verdwenen zijn? Ik verzeker u, dat ze dan werkzamer zal zijn dan ooit. Liefde neemt immers geen genoegen met het uit sleur naleven van de regels en kan ook in genen dele verwisseld worden met verveeldheid of lusteloosheid. Liefhebben is elke dag opnieuw beginnen te dienen en elke dag met meer liefde.

Met nadruk zeg ik en ik zou het met ijzers in ieder van u willen branden: vrijheid en zelfgave spreken elkaar niet tegen; zij ondersteunen elkaar wederzijds. Men geeft zijn vrijheid alleen uit liefde. Een andere manier om vrij te komen kan ik niet bedenken. En dat is niet een min of meer geslaagde woordspeling. Als men zich vrijwillig geeft, zal op dat moment, in die dienstbaarheid, de liefde door de vrijheid vernieuwd worden. Of zichzelf vernieuwen, dat is voortdurend jong en edelmoedig zijn, bereid tot grote idealen en grote offers. Ik herinner me de vreugde die ik voelde toen ik hoorde dat jongeren in het Portugees 'os novos' [de nieuwen] betekent. En dat zijn ze dan ook. Ik vertel u dit, omdat ik al heel wat jaren achter me heb. Maar toch voel ik me heel jong als ik aan de voet van het altaar bid: naar God die mijn jeugd verblijdt (Ps 42, 4). En ik weet, dat ik me nooit meer oud zal kunnen voelen. Als ik aan mijn God trouw blijf, zal de Liefde me voortdurend nieuw leven geven. Mijn jeugd zal vernieuwd worden als die van de adelaar (vgl. Ps 102, 5).

Door de liefde voor de vrijheid binden we ons. Alleen door hoogmoed krijgen die banden het gewicht van een ketting. De echte nederigheid die Hij, die zachtmoedig en nederig van harte is, aan ons leert, toont ons dat zijn juk zacht en zijn last licht is (vgl. Mat 11, 29-30). Het juk is vrijheid, het juk is liefde, het juk is eenheid. Het juk is het leven dat Hij voor ons verdiend heeft aan het kruis.

Dat is de vrucht van ons gebed van vandaag. We moeten ervan overtuigd raken dat ons leven op aarde voor God is, onder alle omstandigheden, in alle seizoenen. Het is een schat van heerlijkheid, een afschaduwing van de hemel. Het is een wondere rijkdom in onze handen die we met verantwoordelijkheidsgevoel jegens de mensen en jegens God moeten beheren. We hoeven daarvoor geen andere levensstaat te kiezen. Juist midden in de wereld kunnen wij het eigen beroep, het gezinsleven, relaties en kennissen, en alle bezigheden die zuiver aards lijken te zijn, heiligen.

Ik was zesentwintig jaar toen ik de roeping om de Heer te dienen in het Opus Dei in zijn volle omvang gewaarwerd. Toen heb ik Hem vanuit het diepst van mijn hart gevraagd om de ernst van een tachtigjarige. Met de kinderlijke onschuld van een beginneling vroeg ik die extra jaren om te weten hoe ik mijn tijd zou moeten gebruiken, om te leren elke minuut in winst om te zetten, in zijn dienst. De Heer weet dat soort rijkdom toe te delen. U en ik zullen vast en zeker ooit kunnen zeggen: Inzicht win ik: méér dan wie vergrijsd zijn, doordat ik uw opdrachten nakom (Ps 119, 100). Jeugd staat niet noodzakelijkerwijs voor onbezonnenheid, net zo min als grijze haren vanzelfsprekend inzicht en wijsheid met zich brengen.

Laten we samen de hulp inroepen van de Moeder van Christus, van haar die Jezus heeft zien opgroeien, van haar die zag hoe Hij zijn tijd onder de mensen benutte: Leer mij mijn dagen nuttig te maken ten dienste van de Kerk en van de zielen. Leer mij te luisteren met de uiterste gevoeligheid van mijn hart naar uw liefdevol verwijt. Lieve Moeder, altijd als het nodig is: laat mijn tijd niet míjn tijd zijn. Mijn tijd is van Onze Vader die in de hemel is.

Verwijzingen naar de H. Schrift