Lijst van punten

Er zijn 3 punten in «Christus komt langs » waarvan het onderwerp is Verantwoordelijkheid → verantwoordelijkheid en vrijheid.

De hoop van de Advent

Meer wilde ik op deze eerste zondag van de Advent niet zeggen. We beginnen de dagen tot de geboorte van de Verlosser af te tellen. We hebben de realiteit van onze christelijke roeping overwogen. We hebben overdacht hoe de Heer op ons vertrouwt om andere mensen tot heiligheid te brengen, dichter bij Hem, hen te verenigen met de Kerk, en het Rijk van God naar het hart van alle mensen te brengen. De Heer wil graag dat wij ons geven, dat wij trouw zijn, toegewijd, liefdevol. Hij wil dat we heilig zijn, helemaal van Hem.

We kennen hoogmoed, zinnelijkheid, leegte en egoïsme, maar ook liefde, overgave, barmhartigheid, nederigheid, offer en vreugde. Je moet kiezen. Je bent geroepen tot een leven van geloof, hoop en liefde. Je mag niet lager inzetten en in een middelmatig isolement blijven steken.

Een tijdje geleden zag ik een arend die zat opgesloten in een ijzeren kooi. Hij was vuil en was de helft van zijn veren kwijtgeraakt. Hij had een stuk rottend vlees in zijn klauwen. Toen vroeg ik me af wat er van mij terecht zou komen als ik de roeping die ik van God gekregen heb in de steek zou laten. Ik had medelijden met die eenzame, gekooide vogel die geboren was om hoog op te stijgen en recht in de zon te kijken. Ook wij kunnen opklimmen tot de nederige hoogten van de liefde tot God, van de dienst aan de mensen. Maar dan mogen er geen verborgen hoeken in onze ziel zijn waar de zon van Christus niet kan doordringen. We moeten alle zorgen die ons van Hem scheiden van ons afzetten: Christus in je verstand, Christus op je lippen, Christus in je hart, Christus in je werken. Dan zal je hele leven — je hart en je werken, je verstand en je woorden — vol zijn van God.

Richt u dan op en heft uw hoofden omhoog, want uw verlossing komt nabij, (Lc 21, 28). hebben we zojuist in het evangelie gelezen. De adventstijd is een tijd van hoop. Het hele panorama van onze christelijke roeping, deze eenheid van leven die kracht put uit de aanwezigheid van God onze Vader, kan en moet een dagelijkse werkelijkheid zijn.

Laten we dit aan Onze Lieve Vrouw vragen en ons proberen voor te stellen hoe zij de maanden in afwachting van de geboorte van haar Zoon heeft doorgebracht. De Maagd Maria zal ervoor zorgen dat je een alter Christus, ipse Christus wordt: een andere Christus, Christus zelf!

Het geloof in de gestorven en verrezen Christus dat op ieder moment van ons leven aanwezig is, geeft licht aan ons geweten en spoort ons aan om bij de vraagstukken en problemen van de mensheid betrokken te zijn. De christen is in deze geschiedenis — die begon met de schepping van de wereld en zal eindigen met de voleinding van de tijd — niet iemand zonder vaderland, maar een burger van de aardse stad, met een ziel vol verlangen naar God, wiens liefde hij tijdens deze etappe al ervaart en waarin hij het doel herkent waartoe wij allen zijn geroepen.

Wat mijn persoonlijke getuigenis aangaat, kan ik zeggen dat ik mijn werk als priester en zielenherder altijd heb opgevat als de taak om iedere persoon te confronteren met de eisen die het leven aan hem stelt, en hem te helpen ontdekken wat God concreet van hem vraagt. Dit heb ik altijd willen doen zonder de onafhankelijkheid en de persoonlijke verantwoordelijkheid die kenmerkend zijn voor een christelijk geweten aan te tasten. Deze instelling is gebaseerd op respect voor de transcendentie van de geopenbaarde waarheid en op de liefde voor de vrijheid van het menselijk schepsel. Ik zou eraan kunnen toevoegen dat ze ook is gebaseerd op de zekerheid dat de geschiedenis niet bij voorbaat vastligt, maar open is voor velerlei mogelijkheden die God niet heeft willen inperken.

Christus volgen betekent niet dat je een kerk binnenvlucht en je schouders ophaalt voor de ontwikkelingen in de maatschappij en voor de prestaties en de dwalingen van de mensen en de volkeren. Integendeel, het christelijk geloof laat ons de wereld zien als de schepping van de Heer en daarom waarderen we alles wat edel en mooi is, erkennen we de waardigheid van iedere persoon, die immers naar het beeld van God gemaakt is, en bewonderen we dat heel speciale geschenk van de vrijheid. Dat geschenk maakt ons heer en meester over onze eigen daden en stelt ons in staat om, met de genade van God, aan onze eeuwige bestemming te werken.

We zouden het geloof bagatelliseren en er een aardse ideologie van maken, als we een politiek-religieuze vlag gingen hijsen om in naam van wie weet welke goddelijke bevoegdheid anderen te veroordelen, enkel en alleen omdat ze onze manier van denken niet delen over problemen die gezien hun aard vatbaar zijn voor talrijke, uiteenlopende oplossingen.

Het kan dat inbeelding en trots de kop opsteken bij de gedachte aan de waardigheid van de zending waartoe God ons roept. Maar we hebben een verkeerd beeld van de christelijke roeping als we ons daardoor laten verblinden en vergeten dat we van leem zijn gemaakt, dat we stof en ellende zijn. Het kwaad zit niet alleen in de wereld om ons heen, het zit ook in onszelf, het nestelt zich in ons hart en verleidt ons tot laagheid en egoïsme. Alleen de genade van God is een sterke rots; wij zijn zand, drijfzand.

Als we een blik werpen op de geschiedenis van de mensheid of als we de situatie in de wereld bezien, dan is het pijnlijk te moeten constateren dat er na twintig eeuwen zo weinig mensen zijn die zich christen noemen, en dat degenen die deze naam dragen vaak niet trouw zijn aan hun roeping. Jaren geleden zei iemand die het niet kwaad bedoelde maar geen geloof had, bij het zien van een wereldkaart: Hier zie je de mislukking van Christus. Al zoveel eeuwen proberen ze zijn leer in het hart van de mensen te planten en kijk eens naar het resultaat: er zijn geen christenen.

Ook nu zijn er velen die zo denken. Maar Christus is niet mislukt: de wereld wordt voortdurend door zijn woord en zijn leven bevrucht. Het werk van Christus, de taak die zijn Vader Hem heeft opgedragen, wordt werkelijkheid. De geschiedenis is doortrokken van zijn kracht die het ware leven brengt: wanneer alles aan Hem onderworpen is, zal ook de Zoon zelf zich onderwerpen aan Degene die het al aan Hem onderwierp. Dan zal God alles in allen zijn (1 Kor 15, 28).

God wil ons als medewerkers bij deze opdracht die Hij in de wereld uitvoert, Hij wil het risico van onze vrijheid lopen. Als ik naar het pasgeboren Kindje in Betlehem kijk dat zwak, arm en weerloos is, dan raakt mij dat echt. God geeft zich over in de handen van de mensen, Hij komt naar ons toe en daalt naar ons af.

Hij die bestond in goddelijke majesteit, heeft zich niet willen vastklampen aan de gelijkheid met God. Hij heeft zichzelf ontledigd en het bestaan van een slaaf op zich genomen. Hij is aan de mensen gelijk geworden (Fil 2, 6-7) God buigt zich over naar onze vrijheid, onze onvolmaaktheid en onze ellende. Hij laat toe dat goddelijke schatten in aarden kruiken worden gedragen en dat wij deze schatten aan anderen laten kennen door onze ontoereikendheid met zijn goddelijke kracht te vermengen.

Verwijzingen naar de H. Schrift