Lijst van punten

Er zijn 6 punten in «De Smidse» waarvan het onderwerp is Priesterschap → priesterlijk ambt .

Wanneer je iets apostolisch gaat ondernemen, zou je de redenering kunnen overnemen van een man die God zocht: “Vandaag begint een retraite voor priesters die ik zal leiden. Hopelijk hebben we daar allemaal veel baat bij; op de eerste plaats ikzelf!”

En later: “De bezinning is nu al een paar dagen aan de gang. Er zijn honderdtwintig deelnemers. Ik hoop dat de Heer een goed werk verricht in onze zielen.”

Een priester wilde zich als volgt toeleggen op het bidden van het brevier: “Ik neem de gewoonte aan bij het begin te zeggen: 'ik wil bidden zoals de heiligen bidden', en daarna vraag ik mijn engelbewaarder om samen met mij lof aan God te zingen.”

Probeer deze weg te volgen bij je mondgebed. Het is ook een middel om de aanwezigheid van God bij je werk te bevorderen.

Wij moeten de volgende woorden van Jezus helemaal tot de onze maken: Desiderio desideravi hoc Pascha manducare vobiscum, vurig heb Ik verlangd dit paasmaal met u te eten. We kunnen onze grote liefde voor het heilig Misoffer niet beter uiten dan door nauwgezet, tot in de kleinste details, de door de wijsheid van de Kerk voorgeschreven liturgische bepalingen in acht te nemen.

En behalve dat wij Hem liefhebben, moeten we ook de behoefte voelen op Christus te lijken, niet alleen innerlijk, maar ook uiterlijk. We moeten ons - bij de weidse ruimten van het christelijk altaar - met een ritme en een harmonie bewegen die uitdrukking geven aan de gehoorzame wil tot heiligheid, die zich vereenzelvigt met de wil van de Bruid van Christus, de Kerk; dat wil zeggen met de wil van Christus zelf.

Laten we denken aan de priesters van de hele wereld en help mij te bidden voor de vruchtbaarheid van hun apostolaat.

Priester, mijn broeder, spreek altijd over God. Als je werkelijk van Hem bent, zullen je woorden nooit vervelen.

De preek, de verkondiging van de gekruisigde Christus, is het woord van God.

De priesters moeten zich zo goed mogelijk op dit goddelijk dienstwerk voorbereiden en daarbij het heil van de zielen voor ogen hebben.

De leken moeten met een diep ontzag naar het woord van God luisteren.

Ik was blij met een opmerking die over een priester werd gemaakt: “Hij preekt met heel zijn ziel… en met heel zijn lichaam.”

Verwijzingen naar de H. Schrift