Lijst van punten

Er zijn 3 punten in «Vrienden van God» waarvan het onderwerp is Waardigheid, menselijke  → onthechting.

Het is natuurlijk niet mijn bedoeling u zover te krijgen, dat u uw plichten verzaakt en niet voor uw rechten opkomt. Integendeel, in de regel staat voor iedereen een terugtocht op dit front gelijk aan laffe desertie in de strijd om de heiligheid waartoe God ons geroepen heeft. Daarom moet u in alle gemoede ervoor zorgen —met name in uw werk— dat het u noch de uwen aan iets ontbreekt dat voor een waardig christelijk leven wel nodig is. Als je ooit eens aan den lijve de last voelt, dat je iets te kort komt, wees dan niet bedroefd, niet opstandig. Ik herhaal, probeer alle eerlijke middelen aan te wenden om een dergelijke situatie te boven te komen, want langs elke andere weg tart u uiteindelijk God. En vergeet in de strijd nooit: omnia in bonum, alles strekt tot heil! Alles —of het nu gebrek is of armoede— strekt tot het heil van wie God liefheeft (vgl. Rom 8, 28). Maak er van nu af aan een gewoonte van het hoofd te bieden aan kleine beperkingen, ongemakken, kou, warmte, het gemis van iets dat u denkt nodig te hebben, het niet kunnen uitrusten zoals u wilt en wanneer u wilt; honger, eenzaamheid, ondankbaarheid, onbegrip, smaad…

Vader… neem ze niet weg uit deze wereld

Wij zijn gewone mensen, doorsnee christenen, opgenomen in de bloedbaan van de maatschappij en de Heer wil, dat we juist te midden van ons werk en ons beroep heilig en apostolisch zijn. Dat betekent dat we onze heiliging moeten zoeken in ons werk, in het heiligen daarvan en in de hulp aan anderen zich te heiligen in hun werk. Wees ervan overtuigd, dat dit de plaats is waar God als een zorgzame Vader en Vriend op ons wacht. En bedenk, dat u, als u uw werk op verantwoorde wijze doet, niet alleen voorziet in uw financiële behoeften, maar ook de meest rechtstreekse bijdrage levert aan de vooruitgang van de maatschappij, de lasten van anderen verlicht en steun verleent aan hulpacties op plaatselijk of mondiaal niveau ten behoeve van minder bedeelde individuen of volkeren.

De onthechting die ik met de blik gericht op ons Voorbeeld verkondig, is heer en meester zijn over jezelf. Dat is iets anders dan schreeuwerige en opzichtige armoede, waarachter luiheid en slordigheid verborgen gaan. U moet u kleden naar uw positie, naar de gewoonten van uw woonplaats, uw familie, uw werk… zoals uw vrienden en collega's, maar dan omwille van God. U moet daarmee een echt en aantrekkelijk beeld willen geven van het ware christelijk leven. Gewoon, zonder overdrijven. Hierin kun je naar mijn stellige overtuiging beter fouten maken door te veel, dan door te weinig. Welke voorstelling hebt u van het gedrag van onze Heer? Hebt u er nooit aan gedacht met hoeveel waardigheid Hij dat naadloze opperkleed dat waarschijnlijk door de handen van de heilige Maria geweven is, gedragen moet hebben? Bent u vergeten hoe Hij zich in het huis van Simon beklaagt, dat men Hem geen water heeft aangeboden om zijn handen te wassen voor Hij aan tafel ging? (vgl. Luc 7, 36­50). Natuurlijk, Hij gebruikte dit gebrek aan goede manieren om aan de hand van een onbelangrijk voorval zijn leer duidelijk te maken, hoe liefde blijkt uit de kleinste dingen; maar Hij doet dit zo, door duidelijk te laten zien dat Hij de gewone omgangsvormen in acht neemt. Daarom moeten we, u en ik, moeite doen ons van aardse goederen en comfort los te maken: zonder uit de toon te vallen, zonder iets vreemds te doen.

We weten dat we heer en meester over deze wereld en trouwe rentmeesters van God zijn. Persoonlijk vind ik, dat dit moet blijken uit de mate van zorg waarmee we met de dingen die we gebruiken, omgaan. Het blijkt in zoverre we erop bedacht zijn ze in stand te houden, lang te laten meegaan, in goede staat, ze zo lang mogelijk te laten dienen voor het doel waarvoor ze gemaakt zijn, zodat er niets nodeloos verloren gaat. In de centra van het Opus Dei zult u een eenvoudige, gezellige en vooral verzorgde aankleding vinden. We moeten de armoede van een huis niet verwarren met slechte smaak of vuiligheid. Aan de andere kant heb ik er begrip voor, dat u geheel volgens uw mogelijkheden, uw verplichtingen naar de buitenwereld, naar uw gezin, dingen van waarde bezit en dat u daar zorg voor hebt en toch de geest van versterving bewaart. Dat is onthechting.

Verwijzingen naar de H. Schrift
Verwijzingen naar de H. Schrift