Lijst van punten

Er zijn 2 punten in «Vrienden van God» waarvan het onderwerp is Armoede → voorbeeld van Christus.

Wij staan aan het begin van de Goede Week. Het ogenblik waarop zich op de Calvarieberg de Verlossing van de hele mensheid zal voltrekken, is dichtbij. Dit is, lijkt me, een zeer geschikt moment voor u en voor mij om te overwegen hoe Jezus, onze Heer, ons heeft gered. Een moment ter overweging van zijn werkelijk onuitsprekelijke liefde voor die arme schepselen die uit stof, van de aarde genomen, gevormd zijn.

Memento, homo, quia pulvis es, et in pulverem reverteris (Ritus van de oplegging van de as op Aswoensdag; Vgl. Gen 3, 19): “Bedenk wel: stof zijt gij en tot stof zult gij wederkeren”. Op deze wijze vermaant onze Moeder, de heilige Kerk, ons bij het begin van de vasten om nooit te vergeten hoe armzalig we zijn; dat ons lichaam, dat nu vol levenskracht is, ooit uiteen zal vallen tot stof, zoals de fijne wolken die onze voeten bij het lopen opwerpen, als de nevel die door zonnestralen verdreven wordt (Wijsh 2, 4).

Het voorbeeld van Christus

Na deze realistische verwijzing naar de onbeduidendheid van ieder van ons zou ik u graag een andere en heerlijke realiteit willen voorhouden: de vrijgevigheid van God waardoor we gesteund en vergoddelijkt worden. Luister naar de woorden van de Apostel: De liefdedaad van onze Heer Jezus Christus hoef ik u niet in herinnering te brengen: hoe Hij om uwentwil arm is geworden, terwijl Hij rijk was, opdat gij rijk zoudt worden door zijn armoede (2 Kor 8, 9). Kijkt u in alle rust naar het voorbeeld van de Meester, dan begrijpt u onmiddellijk, dat we daarin een niet aflatende aansporing vinden om ons leven lang te mediteren en om onze oprechte voornemens tot grotere edelmoedigheid in praktijk te brengen. Want we mogen het doel dat we moeten bereiken niet uit het oog verliezen: ieder van ons moet gelijkvormig worden aan Christus die —u hebt het zojuist gehoord— voor u en voor mij arm geworden is en geleden heeft. Daarmee geeft Hij ons een voorbeeld, opdat wij in zijn voetstappen zullen treden (vgl. 1 Petr 2, 21).

Als we ons gewoon gedragen als onze gelijken en met een bovennatuurlijke visie, dan doen we niets anders dan het volgen van het voorbeeld van Christus, waarlijk God en waarlijk Mens. Zie hoe zijn leven vol is van het vanzelfsprekende. Dertig jaar lang blijft Hij in het verborgene, zonder de aandacht te trekken, werker onder de werkers, en in zijn dorp kent men Hem als de zoon van de timmerman. Bij zijn openbare leven zien we evenmin iets vreemds of iets dat uit de toon valt. Hij verzamelde vrienden om zich heen net zoals ieder ander en onderscheidde zich in zijn gedrag in niets van hen. Zodat Judas zelfs, als hij een teken moet afspreken om Hem aan te wijzen, zegt: Die ik zal kussen, Hij is het (Mat 26, 48). Er was niets buitensporigs aan Hem. Ik ben zeer geroerd door die gedragsregel van onze Meester die als mens onder de mensen door het leven gaat.

Sint Jan de Doper was vanwege zijn bijzondere roeping gehuld in een kleed van kemelhaar en voedde zich met sprinkhanen en wilde honing. De Verlosser droeg een naadloos opperkleed, at en dronk als ieder ander, verheugde zich over andermans geluk en deelde de smart van zijn naaste. Hij weigerde de door zijn vrienden aangeboden rustplaats niet. En Hij maakte er geen geheim van, dat Hij heel wat jaren zijn brood had verdiend door met zijn eigen handen te werken naast Jozef, de timmerman. Zo moeten wij ons ook in de wereld gedragen: zoals onze Heer. In een paar woorden samengevat is dit mijn advies: we moeten smetteloze kleren hebben, een smetteloos lichaam en vooral een smetteloze ziel.

De Heer die zo'n wonderbaarlijke onthechting van de aardse goederen preekt, toont zich tegelijkertijd —waarom zouden we dat niet opmerken— bezorgd, dat er niets verspild zal worden. Na de wonderbare broodvermenigvuldiging, waardoor vijfduizend mensen ruimschoots verzadigd werden, zei Hij tot zijn leerlingen: Haalt nu de overgebleven brokken op om niets verloren te laten gaan. Zij haalden ze op en vulden twaalf manden (Joh 6, 12­13). Als u die hele scène met aandacht overweegt, zult u leren nooit krenterig te zijn, maar eerder goede rentmeesters over de talenten en materiële middelen die God aan u heeft toevertrouwd.