Lijst van punten

Er zijn 5 punten in «Gesprekken met mgr. Escrivá» waarvan het onderwerp is Kerk → katholiciteit.

In de gehele Kerk is tegenwoordig grote belangstelling voor de problemen van de Derde Wereld zichtbaar. Het is algemeen bekend dat een van de grootste moeilijkheden daar gevormd wordt door het tekort aan priesters, in het bijzonder aan autochtone priesters. Wat is uw mening daarover en wat zijn uw ervaringen op dit gebied?

Ik geloof dat het toenemen van het aantal inheemse priesters inderdaad in veel landen van beslissende betekenis zal zijn voor de ontwikkeling of zelfs het voortbestaan van de Kerk, met name in die landen, die in een fase van een wat overspannen nationalisme verkeren.

Over mijn persoonlijke ervaringen zou ik willen zeggen dat voor mij een zeer belangrijke reden tot dankbaarheid jegens de Heer het feit is dat honderden leken, afkomstig uit nu al meer dan zestig landen waar de opbouw van een inheemse clerus voor de Kerk een brandend probleem is, binnen het Opus Dei een opleiding krijgen en priester worden. Mannen, rechtzinnig in de leer, met een universele, katholieke visie en met een grote bereidheid om te dienen; allen ongetwijfeld voorbeeldiger dan ik. Sommigen hebben in deze landen ook de bisschopswijding ontvangen en reeds bloeiende seminaries gesticht.

Kunt u ons zeggen hoe en waarom u het Opus Dei gesticht hebt? Welke gebeurtenissen zijn volgens u de belangrijkste mijlpalen in de ontwikkeling ervan?

Waarom? De werken die uit Gods Wil ontstaan kennen geen ander waarom dan de goddelijke wens om ze als een uiting van Zijn universele heilswil te gebruiken. Vanaf het eerste ogenblik was het Werk wereldwijd, katholiek. Het werd niet geboren om de concrete problemen in het Europa van de jaren twintig op te lossen. Het is ontstaan om aan mannen en vrouwen van alle landen, talen en rassen, in zeer verschillende levens- en sociale omstandigheden te zeggen, dat ze in iedere levensstaat - als ongetrouwde of getrouwde, als weduwe, weduwnaar, of priester - God zonder voorbehoud kunnen beminnen en dienen, zonder hun beroep, gezin of maatschappelijk leven op te geven.

Hoe het Opus Dei gesticht werd? Zonder enig menselijk middel. Ik bezat alleen maar mijn leeftijd van 26 jaar, de genade van God en een goed humeur. Het Werk werd klein geboren: het bestond slechts in de ijver van een jonge priester die er alles voor over had om te doen wat God van hem wilde.

U vraagt me naar bijzondere mijlpalen. Voor mij is elk ogenblik, waarop door het Opus Dei een mens dichter bij God komt en zo meer broeder wordt voor zijn medemensen, een belangrijke mijlpaal in het Werk.

Maar u had graag dat ik u iets vertel over de beslissende momenten in de geschiedenis van het Opus Dei. Het zijn wel niet de belangrijkste data, maar toch zal ik u uit mijn hoofd een paar toch bijzondere punten noemen. Al in de eerste maanden van het jaar 1935 waren alle voorbereidingen getroffen om met het Werk in Frankrijk, concreet in Parijs, te beginnen. Maar door de Spaanse burgeroorlog en daarna door de tweede wereldoorlog werden we gedwongen om deze uitbreidingsplannen uit te stellen. Maar die vertraging duurde niet lang omdat de uitbreiding van het Werk noodzakelijk was. Al in 1940 begint het Werk in Portugal. Bijna op hetzelfde tijdstip waarop de vijandelijkheden gestaakt werden begonnen we in Engeland, Frankrijk, Italië en de Verenigde Staten en in Mexico, al waren in de voorafgaande jaren wel reeds enige reizen daarheen gemaakt. Toen breidde het Werk zich langzaam maar zeker verder uit. Vanaf de jaren 1949 en 1950 kwamen Duitsland, Nederland, Zwitserland, Argentinië,Canada, Venezuela en andere Europese en Latijns-Amerikaanse landen erbij. Tegelijkertijd vond de uitbreiding in andere landen en werelddelen plaats: Noord-Afrika, Japan, Kenia en andere landen van Oost-Afrika, Australië, de Filippijnen, Nigeria enzovoort.

Graag denk ik ook terug aan de talrijke gelegenheden waarbij de pausen heel open en duidelijk van hun liefde voor het Werk hebben blijk gegeven. Sinds 1946 woon ik in Rome en ik heb dus de gelegenheid gehad om Pius XII, Johannes XXIII en Paulus VI te leren kennen. Bij allen heb ik steeds vaderlijke genegenheid gevonden.

Hoe is de situatie van het Werk in de rest van de wereld, vooral in de Angelsaksische landen?

Het Opus Dei voelt zich even goed thuis in Engeland als in Kenia, in Nigeria als in Japan, in de Verenigde Staten als in Oostenrijk, in Ierland als in Mexico of Argentinië. Overal, in elk land, is het een theologisch en pastoraal verschijnsel dat wortel geschoten heeft in de zielen van het land. Het is niet gebonden aan een bepaalde cultuur en ook niet aan een of andere periode in de geschiedenis. In de Angelsaksische landen heeft het Opus Dei, dankzij Gods hulp en de medewerking van talloze mensen, apostolische instellingen van uiteenlopende aard: Netherhall House in Londen besteedt bijzondere aandacht aan Afro-Aziatische studenten; Hudson Center in Montreal belast zich met de persoonlijke en intellectuele vorming van meisjes; Nairana Cultural Center richt zich op de studenten van Sydney. In de Verenigde Staten, waar het Opus Dei in 1949 begon te werken, noem ik Midtown, een centrum voor arbeiders in het hart van Chicago; Stonecrest Community Center in Washington, die cursussen organiseert voor vrouwen zonder beroepsopleiding; TrimontHouse, een studentenhuis in Boston enzovoort. Een laatste opmerking tot slot: de invloed van het Werk, naarmate die er in ieder apart geval is, heeft altijd een geestelijk karakter, nooit tijdelijk.

Hoe staat men bij het Opus Dei tegenover de verklaring van het Concilie over de godsdienstvrijheid, met name wat betreft de toepassing ervan in Spanje, waar het “protestantenstatuut” nog steeds gehandhaafd wordt? Wat moet je denken van het zogenoemde integralisme dat het Werk nu en dan verweten wordt?

Integralisme? Het Opus Dei staat niet links en niet rechts en ook niet in het midden. Als priester streef ik ernaar om bij Christus te staan, die aan het kruis beide armen geopend heeft en niet alleen maar één arm. Van beide kanten neem ik in volledige vrijheid dat, wat mij overtuigt. En dat maakt dat ik mijn hart en armen voor alle mensen open houd. Elk lid van het Werk is volledig vrij om binnen de grenzen van het christelijke geloof zijn eigen keuze te maken.

Op het punt van godsdienstvrijheid heeft het Opus Dei sinds de eerste dag van zijn stichting nooit wie dan ook gediscrimineerd. Het leeft en werkt met iedereen samen, want het ziet in iedere mens een ziel die respect en liefde verdient. Dat zijn niet alleen maar holle frasen. Ons Werk is de eerste katholieke organisatie die met toestemming van de Heilige Stoel ook niet-katholieken en niet-christenen als medewerkers aanneemt. Ik heb steeds de vrijheid van de gewetens verdedigd. Geweld begrijp ik niet: het lijkt me niet geschikt om te overtuigen en ook niet om te overwinnen. De dwaling bestrijd je met het gebed, met de genade Gods, met serieuze studie, nooit met geweld, steeds met liefde. Dat is de geest waarnaar we van meet af aan geleefd hebben, en daarom zult u begrijpen hoe blij ik was met de leer van het Concilie over dit thema.

Met betrekking tot het statuut waarover u sprak, moet ik zeggen dat het niet mijn taak is om dat probleem op te lossen, maar de taak van de kerkelijke hiërarchie en de katholieken van dat land. Het is aan hen om de geest van het Concilie op dit concrete geval toe te passen.

Zou u ons iets kunnen zeggen over de uitbreiding van het Werk in zijn veertigjarig bestaan? Wat zijn de belangrijkste apostolische activiteiten?

Op de eerste plaats wil ik er graag de nadruk op leggen hoe dankbaar ik God ben, dat hij mij toegestaan heeft het Werk al veertig jaar na zijn stichting over de hele wereld verspreid te zien. Toen het Werk in 1928 in Spanje ontstond was het al rooms, wat voor mij katholiek, universeel betekent. En het kon niet anders of het bezat al van meet af aan de drang om zich over de hele aarde uit te breiden.

Als ik aan de afgelopen jaren terugdenk herinner ik me vol blijdschap veel dingen die gebeurd zijn. Want gepaard met de moeilijkheden en zorgen die in zekere zin het zout van het leven zijn, doen ze mij denken aan de doeltreffendheid van Gods genade en aan de opofferingsgezinde en blijde overgave van zovele mannen en vrouwen die trouw wisten te zijn. Want ik wil zeer nadrukkelijk stellen dat het wezenlijke apostolaat van het Opus Dei dàt is, wat elk lid individueel op de plaats waar hij werkt, in zijn gezin, onder zijn vrienden en kennissen, ontwikkelt. Dat werk valt niet op en is niet gemakkelijk in statistieken vast te leggen, maar het brengt vruchten van heiligheid voort in duizenden mensen die stil en effectief in het dagelijks beroepswerk Christus navolgen.

Veel meer is er over dit thema bijna niet te zeggen. Ik zou u kunnen vertellen over het voorbeeldige leven van zovele mensen, maar het zou de menselijke en de goddelijke schoonheid van dat werk misvormen door er namelijk de intimiteit van prijs te geven. Nog erger zou het zijn dat alles in getallen en statistieken te willen uitdrukken, want dat zou hetzelfde zijn als de tot mislukken gedoemde poging om de uitwerking van de genade in de menselijke ziel te catalogiseren.

Ik kan wel iets vertellen over de apostolaatsactiviteiten die leden van het Werk in veel landen leiden. Bij deze activiteiten met een zuiver geestelijke en apostolische doelstelling gaat het erom te werken met toewijding en met ook menselijke volmaaktheid. Daarbij werken vele anderen met ons mee die niet van het Opus Dei zijn maar die de bovennatuurlijke waarden van die taak begrijpen, of die positief staan tegenover de menselijke waarde ervan, zoals dat bijvoorbeeld bij veel niet-christenen het geval is die ons doeltreffende hulp verlenen. Steeds gaat het om initiatieven met een laïcaal en seculier karakter. Ze worden namelijk opgezet door gewone burgers: mensen die hun burgerrechten uitoefenen, die handelen in overeenstemming met de wetten van het betreffende land en werken met een professionele mentaliteit. Het gaat dus om activiteiten die geen enkele aanspraak maken op privileges of op een voorkeursbehandeling.

Waarschijnlijk kent u een van dit soort werken, dat in Rome wordt ontwikkeld: ik bedoel Centro ELIS, dat zich via scholen, sport- en culturele activiteiten, bibliotheken enzovoort wijdt aan de beroepsopleiding en algemene vorming van arbeiders. Het centrum beantwoordt aan de behoeften in Rome en aan de bijzondere omstandigheden van het sociale milieu waarin het ontstaan is, namelijk de wijk Tiburtino. Dergelijke instellingen bestaan in vele andere plaatsen, bijvoorbeeld in Madrid, Chicago, Mexico.

Een ander voorbeeld dat ik noemen wil is het Strathmore College of Arts and Science in Nairobi. Het betreft een college dat op de universiteit voorbereidt en dat reeds door honderden leerlingen uit Kenia, Oeganda en Tanzania bezocht werd. In dat college wordt door een aantal leden van het Opus Dei uit Kenia, samen met andere landgenoten, uitermate belangrijk werk gedaan op het gebied van onderwijs en sociale zorg. Strathmore was de eerste instelling in Oost-Afrika waar volledige rassenintegratie ingevoerd werd en heeft door het daar gedane werk veel tot de afrikanisering van de cultuur bijgedragen. Hetzelfde kan gezegd worden van het Kianda College, eveneens in Nairobi, dat baanbrekend werk doet voor de positie van de Afrikaanse vrouw.

Verder wijs ik, om nog een voorbeeld te noemen, op de Universiteit van Navarra in Spanje. Die werd in 1952 gesticht en heeft vandaag de dag in totaal 18 faculteiten, scholen en instituten waar meer dan zesduizend studenten ingeschreven staan. In tegenstelling tot wat enige kranten onlangs schreven moet ik zeggen, dat de Universiteit van Navarra niet door overheidssubsidie gesteund wordt. De Spaanse staat verleent geen enkele subsidie voor kosten van onderhoud, maar heeft alleen maar enige bijdragen ter beschikking gesteld voor het scheppen van nieuwe studieplaatsen. De Universiteit van Navarra bestaat bij de gratie van de hulp van privé-personen en particuliere instellingen. Het onderwijssysteem en het universitaire leven zijn geïnspireerd door het criterium van persoonlijke verantwoordelijkheid en van solidariteit onder allen die er werken. Dat systeem functioneert uitstekend en kan als een zeer positieve ervaring in de huidige situatie van de universiteit in de wereld beschouwd worden.

Ik zou het ook kunnen hebben over instellingen van andere aard in de Verenigde Staten, Japan, Argentinië, Australië, Engeland, Frankrijk, op de Filippijnen etc. Maar dat is niet nodig. Ik volsta ermee te zeggen dat het Opus Dei op dit ogenblik over de vijf continenten verspreid is, en dat er mensen lid van zijn die tot zeer verschillende rassen en maatschappelijke standen behoren en die uit meer dan zeventig landen afkomstig zijn.

Verwijzingen naar de H. Schrift