Lijst van punten

Beleidsbeslissingen die lichtvaardig door één enkele persoon worden genomen, komen altijd of vrijwel altijd voort uit een eenzijdige kijk op de problemen.

-Hoe goed je ook bent voorbereid en hoe groot je begaafdheid ook moge zijn, je moet luisteren naar hen die de taak om leiding te geven met je delen.

Probeer zuiver objectief te zijn bij je leidinggevende arbeid. Bezondig je niet aan de neiging van hen die vooral -soms zelfs uitsluitend- zien wat níet goed gaat, de fouten.

Wees vol blijdschap in de zekerheid dat de Heer allen het vermogen heeft geschonken om heilig te worden, en wel juist door te strijden tegen hun eigen tekortkomingen.

De mensen moeten leren hoe ze moeten werken - maar die voorbereiding moet niet worden overdreven: ook “doen” is jezelf vormen. Bij voorbaat moeten we de onvermijdelijke onvolmaaktheden accepteren: het betere is de vijand van het goede.

Vertrouw nooit alleen maar op organisatie!

Leiding geven houdt dikwijls in, dat men de mensen “op sleeptouw moet nemen”, geduldig en vriendelijk.

Een goede leiding let erop dat de nodige soepelheid wordt betracht zonder de fout te maken dat er te weinig eisen worden gesteld.

Als middelmatige mensen, mensen die beneden de maat zijn - beneden de maat qua verstand en christelijke geest - in machtsposities terechtkomen, omringen ze zich met incompetenten: hun ijdelheid brengt hen in de waan dat ze hun macht op die manier niet meer zullen kwijtraken.

Daarentegen laten verstandige mensen zich door wijze mensen omringen - die aan hun bekwaamheden een onberispelijk leven paren - en maken zij echte leiders van hen. Zij worden door hun nederigheid niet bedrogen, want doordat ze anderen groter maken, stijgen ze zelf in aanzien.

Jij, die een verantwoordelijke positie hebt, overweeg dit: alles wat persoonlijk is, valt weg met de persoon die zichzelf onmisbaar heeft gemaakt.

Een grondregel voor goed bestuur: verdeel de verantwoordelijkheden, zonder dat dit erop neerkomt dat je je gemak zoekt of anoniem wilt blijven. Ik onderstreep: verdeel de verantwoordelijkheden, laat iedereen verantwoording afleggen over zijn taak, om daarna - rekenschap te kunnen afleggen - aan God; en aan mensen, als dat nodig is.