Lijst van punten

Heb je in het innerlijk leven wel eens het mooie overwogen van het voortdurend vrijwillig “dienen”?

“Aangezien de Heer mij helpt met zijn gebruikelijke edelmoedigheid, zal ik mijn best doen om te beantwoorden met een verfijning van mijn manieren”, zei je me. - En ik had er niets aan toe te voegen.

Je zegt me: ja, ik wil. Goed, maar wil je zoals een vrek zijn geld wil, zoals een moeder haar kind liefheeft, zoals een eerzuchtige naar eer verlangt, zoals een ongelukkige wellusteling naar zijn bevrediging verlangt?

Nee? - Dan wil je niet echt.

Welke inspanningen getroosten de mensen zich toch in aardse zaken; verlangens naar eer, naar rijkdom, zucht naar zinnelijk genot. - Mannen en vrouwen, rijken en armen, grijsaards, volwassenen, jongeren en zelfs kinderen: ze zijn allemaal hetzelfde.

Wanneer jij en ik ons dezelfde inspanning getroosten voor de aangelegenheden van onze ziel, dan zullen we een levend en werkdadig geloof hebben, en zullen er in ons apostolisch werk geen hindernissen zijn die we niet kunnen overwinnen.

Het doet me leed te zien, hoe je je aan het gevaar van lauwheid blootstelt, wanneer je in je levensstaat niet ernstig naar de volmaaktheid streeft.

- Zeg met mij: Ik wil niet lauw zijn. Confige timore tuo carnes meas! Doordring mijn vlees met uw vrees! - Geef me, mijn God, een kinderlijke vrees, die mij wakker maakt!