Lijst van punten

Er zijn 4 punten in «Christus komt langs » waarvan het onderwerp is Jezus Christus  → geboorte en verborgen leven.

Lux fulgebit hodie super nos, quia natus est Dominus. Een helder licht straalt heden over ons, want de Heer is ons geboren (Jes 9, 2 (Introïtus van de Dageraadsmis van Kerstmis). Dit blijde nieuws raakt vandaag het hart van de christenen en via hen is het voor de hele mensheid bestemd. God is hier. Deze waarheid moet inhoud geven aan ons leven. Als wij het licht en de genade van God diep in onze ziel laten binnendringen, zal ieder kerstfeest een nieuwe en bijzondere ontmoeting met God worden.

Laten we blijven stilstaan bij het Kindje en Maria en Jozef, en naar de Zoon van God kijken die ons vlees heeft aangenomen. Ik herinner me een bezoek dat ik, op 15 augustus 1951, om iets dat mij zeer ter harte ging, aan het heilig Huisje van Loreto bracht. Daar wilde ik de heilige Mis met veel eerbied opdragen, maar ik had niet gerekend op de vurigheid van de mensen. Ik had er niet aan gedacht dat veel mensen uit de omgeving, met het gezegende geloof van die streek en een grote liefde voor de Madonna, op deze grote feestdag naar Loreto zouden komen. Hun vroomheid bracht hen tot uitingen die — hoe zal ik het zeggen — alleen al vanuit de liturgische voorschriften van de Kerk bezien, niet helemaal waren zoals het hoort.

Telkens als ik het altaar kuste op de momenten die in de liturgie van de Mis zijn voorzien, deden drie of vier plattelandsvrouwen hetzelfde. Daardoor werd ik afgeleid, maar het heeft me ook getroffen. Volgens de overlevering hebben Jezus, Maria en Jozef in dat heilig Huis gewoond. Ik las de woorden die op het altaar staan gegraveerd: Hic Verbum caro factum est, hier is het Woord vlees geworden. Hier, op een stukje van onze aarde, in een huis dat door mensenhanden is gemaakt, heeft God gewoond.

De goddelijke betekenis van Jezus’ leven op aarde

Als ik bij de kribbe spreek probeer ik altijd naar Onze Lieve Heer te kijken als naar een kindje dat in doeken gewikkeld op stro ligt, in een voerbak. Hij is nog maar een kind dat niet kan praten, maar omdat ik van Hem wil leren, zie ik Hem toch als leraar en meester. Om in de goddelijke betekenis van het leven van Jezus op aarde te kunnen binnendringen, moeten we zijn leven kennen, het evangelie lezen en ons in de gebeurtenissen van het Nieuwe Testament verplaatsen.

Opdat het leven van Jezus zich in ons eigen leven kan herhalen, moeten we Hem eerst leren kennen door de heilige Schrift te lezen en te herlezen, door er over te mediteren en door steeds weer te bidden, zoals nu, bij de kribbe. We moeten proberen de lessen te begrijpen die Jezus ons als kind al geeft, als een pasgeborene die voor het eerst zijn ogen opent voor onze wereld.

Doordat Jezus als iemand van ons opgroeit en leeft, openbaart Hij ons dat het menselijk bestaan, het gewone leven van alledag, een goddelijke zin heeft. We hebben misschien al vaker over dit alles nagedacht, maar we kunnen opnieuw, vol verwondering, stilstaan bij de dertig verborgen jaren die het grootste deel uitmaken van Jezus” leven onder zijn broeders, de mensen. Jaren in de schaduw, maar voor ons helder als het licht. Meer dan dat: stralende jaren die onze dagen verlichten en er betekenis aan geven, want we zijn gewone christenen die een leven leiden als miljoenen andere mensen op de hele wereld.

Dat was de manier waarop Jezus dertig jaar leefde, als fabri filius, zoon van de timmerman (Mt 13, 55). Pas daarna volgden drie jaar openbaar leven in de drukte van de mensenmassa”s. En de mensen vragen zich verwonderd af: Wie is dat? Waar heeft Hij al die dingen geleerd? Hij had immers het leven geleid van de mensen van zijn streek, Hij was faber, filius Mariae, de timmerman, de zoon van Maria (Mc 6, 3). En Hij was God, die op het punt stond het menselijk geslacht te verlossen en alles naar zich toe te trekken (Joh 12, 32).

Bij ieder kerstfeest kijk ik met plezier naar de figuurtjes die het Kindje voorstellen. Ze laten zien hoe klein Onze Lieve Heer zich heeft gemaakt en ze herinneren mij eraan dat God ons roept, dat de Almachtige zich wil laten zien als hulpbehoevend en afhankelijk van ons, de mensen. Vanuit de kribbe zegt Jezus tegen jou en mij dat Hij ons nodig heeft, dat Hij graag wil dat we zonder enig voorbehoud een christelijk leven leiden, een leven van overgave, werk en vreugde.

We zullen nooit echt gelukkig zijn als we Jezus niet van harte navolgen en als we niet, zoals Hij, nederig weten te zijn. De vraag dringt zich weer op: zien jullie waar Gods grootheid verborgen is? In een voerbak, in windsels, in een stal. Er kan alleen een verlossende werking van ons leven uitgaan als we nederig zijn, als we ophouden aan onszelf te denken en als we ons verantwoordelijk voelen voor anderen.

Het gebeurt vaak, ook bij mensen van goede wil, dat persoonlijke conflicten tot grote zorgen leiden zonder dat er objectieve redenen aan ten grondslag liggen. De oorzaak ligt in een tekort aan zelfkennis wat leidt tot hoogmoed: het kan de wens zijn om in het middelpunt van de belangstelling en de waardering te staan of een goed figuur te slaan, het kan de weigering zijn het goede te doen om vervolgens te verdwijnen, of het streven naar persoonlijke zekerheid. En velen die een diepe vrede zouden kunnen hebben en met blijdschap in het leven zouden kunnen staan, zijn door hun trots en eigenwaan ongelukkig en onvruchtbaar.

Christus was nederig van hart (zie Mt 11, 29). In de loop van zijn leven heeft Hij voor zichzelf geen enkele uitzondering, geen enkel voorrecht gewild. Als ieder ander mens heeft Hij als vanzelfsprekend negen maanden in de schoot van zijn Moeder doorgebracht. Hij wist maar al te goed dat de mensheid Hem bitter hard nodig had en daarom verlangde Hij er vurig naar op aarde te komen om alle mensen te redden, maar niet overhaastig. Hij komt net zoals ieder ander mens op het normale moment ter wereld. Van de conceptie tot de geboorte heeft niemand weet van dit wonder, behalve de heilige Jozef en de heilige Elisabeth. God komt om onder de mensen te wonen.

Ook zijn geboorte is één en al eenvoud: Hij komt zonder vertoon, zonder dat iemand het weet. Op aarde delen alleen Maria en Jozef in het goddelijk avontuur. En verder de herders die de boodschap kregen van de engelen, en ten slotte de wijzen uit het oosten. Zo vindt de transcendente gebeurtenis plaats waardoor hemel en aarde, God en mens, met elkaar worden verenigd.

Hoe kunnen wij zo hard zijn dat wij snel aan deze gebeurtenis wennen? God vernedert zich opdat wij naar Hem toe kunnen gaan, met liefde aan zijn liefde kunnen beantwoorden, en ons in vrijheid overgeven, niet alleen bij het schouwspel van zijn macht, maar ook bij het wonder van zijn nederigheid.

Kijk naar de luister van een kind dat God is. Zijn Vader is de God die hemel en aarde gemaakt heeft en hier, in een voerbak, ligt de Zoon, quia non erat eis locus in diversorio, want er was geen plaats voor hen in de herberg, (Lc 2, 7) nergens anders was er plaats voor de Heer van alles wat geschapen is.

Wij offeren wierook: we laten onze wens om een rechtschapen leven te leiden tot de Heer opstijgen waardoor de bonus odor Christi2 Kor 2, 15), de goede geur van Christus wordt verspreid. Als we onze woorden en daden laten doordringen van die bonus odor dan zullen we begrip en vriendschap verbreiden. Ons leven moet opgaan in het leven van de mensen om ons heen, zodat niemand alleen is of zich alleen hoeft te voelen. Onze naastenliefde moet vol menselijke warmte en genegenheid zijn.

Zo leert Jezus het ons. De mensheid heeft eeuwenlang op de komst van de Verlosser gewacht; de profeten hadden Hem op honderden manieren aangekondigd. En het verlangen naar God, de hunkering naar de verlossing, bleef tot in het laatste uithoekje van de aarde leven, ook al was een groot deel van Gods Openbaring aan de mensen verloren gegaan door zonde en onwetendheid.

Uiteindelijk breekt de volheid van de tijden aan. Maar er verschijnt geen filosofisch genie als Socrates of Plato om deze zending te vervullen, evenmin een machtige wereldveroveraar als Alexander de Grote. Nee, er wordt een kind geboren in Betlehem, het is de Verlosser van de wereld, en voordat het begint te spreken laat het zijn liefde al zien. Het brengt geen magische formule mee, want het weet dat de verlossing die het ons brengt alleen door het hart van de mens kan gaan. Aanvankelijk is er niet meer dan het lachen en huilen van een klein kind, de onschuldige slaap van een mensgeworden God, wat ons vertedert en waardoor we Hem in onze armen durven te nemen.

Wij zien opnieuw dat dit het christendom is. Als de christen niet met daden bemint dan mislukt hij als christen, en dan mislukt hij ook als mens. Je kunt niet over anderen denken in termen van nummers of sporten van een ladder waarover je naar boven kunt klimmen. En ook niet als over “de massa” die naargelang het uitkomt wordt geprezen of vernederd, gevleid of geminacht. Je moet in de anderen — en op de eerste plaats in de mensen om je heen — dat zien wat ze werkelijk zijn: kinderen van God, met heel de waardigheid die ze door deze prachtige titel hebben gekregen.

We moeten ons tegenover kinderen van God gedragen als kinderen van God: onze liefde moet een dagelijks wegcijferen van onszelf zijn en tot uitdrukking komen in duizend en één kleine blijken van begrip, stille offers en zwijgende overgave. Dat is de bonus odor Christi, die maakte dat de mensen uit de omgeving van onze eerste broeders in het geloof uitriepen: Ziet hoe zij elkaar liefhebben!

Ik heb het niet over een verheven ideaal. De christen is geen Tartarin de Tarascon (zie Alphonse Daudet, Tartarin de Tarascon, novelle uit 1872) die leeuwen wil jagen waar ze niet zijn, namelijk in de gangen van zijn eigen huis. Ik heb het wel over het concrete, dagelijkse leven: over de heiliging van het werk, over de omgang met elkaar in het gezin, over de vriendschap. Als we ons daar niet als christenen gedragen, waarin dan wel? De aangename geur van wierook is te danken aan het gloeiend kooltje dat onopvallend een grote hoeveelheid korrels opbrandt. De mensen nemen de bonus odor Christi niet waar in het flakkeren van een vuurtje, maar in de verborgen maar werkzame gloed van deugden: rechtvaardigheid, loyaliteit, trouw, begrip, edelmoedigheid, blijmoedigheid.

Verwijzingen naar de H. Schrift
Verwijzingen naar de H. Schrift